Persbericht
Depositogarantiestelsel nader toegelicht in SER
Willemstad, 20 juni 2023 – Op uitnodiging van de Sociaal-Economische Raad (SER) heeft de Minister van Financiën, mr. drs. J. Silvania, afgelopen vrijdag 16 juni 2023 een gedetailleerde mondelinge toelichting gegeven op zijn voorgestelde adviesverzoek, dat betreft een concept van een landsbesluit, houdende algemene maatregelen, ter uitvoering van artikel 39 van de Landsverordening toezicht bank- en kredietwezen, ook bekend als het Landsbesluit depositogarantiestelsel.
Het doel van dit voorgestelde conceptlandsbesluit is om rekeninghouders te compenseren in het geval dat een kredietinstelling niet aan haar financiële verplichtingen kan voldoen. Deze verplichtingen betreffen in dit geval schuldvorderingen uit deposito’s, zoals beschreven in artikel 39 van de Landsverordening bank- en kredietwezen. Artikel 39 stelt dat de Centrale Bank van Curaçao en Sint Maarten (CBCS) overleg voert met de betrokken representatieve organisaties over de invoering van een garantie op schuldvorderingen van rekeninghouders. Deze garantie geldt tot een bepaald maximumbedrag en betreft een geregistreerde kredietinstelling, niet zijnde een internationale kredietinstelling. Dit is bedoeld om rekeninghouders te beschermen tegen het risico dat een dergelijke kredietinstelling niet aan haar verplichtingen kan voldoen.
Deze verplichtingen zijn in essentie de garantie op schuldvorderingen, waarbij de aard van de te garanderen schuldvorderingen, de soorten rekeninghouders en het maximum te garanderen bedrag worden bepaald bij landsbesluit, houdende algemene maatregelen. Als er geen overeenstemming wordt bereikt tijdens de discussies, zoals beschreven in artikel 39 van de Landsverordening toezicht bank- en kredietwezen, is de minister verplicht om een dergelijke regeling in te voeren.
Het huidige concept-landsbesluit, dat nu ter advisering bij de SER ligt, voorziet in deze maatregelen. Het biedt een garantie voor schuldvorderingen van rekeninghouders tot een bepaald maximumbedrag bij een geregistreerde kredietinstelling, en stelt bindende regels op voor alle geregistreerde kredietinstellingen, met uitzondering van internationale kredietinstellingen.
Vanwege de significante sociaaleconomische implicaties van dit conceptlandsbesluit, is besloten het oordeel van de SER te vragen.
De toelichting door de Minister van Financiën en de daaropvolgende discussie met de SER werden gekenmerkt door hun constructieve aard.