Persbericht
Levendig debat over AI tijdens SER-seminar ‘Living and Growing with AI’
Willemstad, 2 oktober 2025 – De toekomst van werk voelde afgelopen dinsdag, 30 september, heel dichtbij in het auditorium van de Centrale Bank van Curaçao en Sint Maarten (CBCS). Honderden bezoekers kwamen af op de derde editie van de Future of Work-reeks van de Sociaal-Economische Raad (SER) van Curaçao, dit jaar onder de titel “Living and Growing with AI”.
De toon werd meteen gezet door minister van Onderwijs, Wetenschap, Cultuur en Sport Sithree van Heydoorn en SER-directeur Raúl Henriquez. Beiden waarschuwden dat kunstmatige intelligentie allang geen sciencefiction meer is. “Wie wacht, verliest terrein,” klonk het, vooral voor kleine eilandstaten die moeilijk kunnen aanhaken in de mondiale wedloop.
De bijdragen van de dag lieten een dubbelbeeld zien: AI als belofte én bedreiging. Van Heydoorn beklemtoonde het belang van digitale geletterdheid en betere infrastructuur, anders zou de kloof tussen wie wel en wie niet mee kan doen alleen maar groter worden. Henriquez benadrukte dat AI pas echt waarde toevoegt als er stevige juridische en institutionele vangrails staan: transparantie, menselijke tussenkomst en rechtszekerheid zijn onmisbaar.
Daarna volgden prikkelende bijdragen van uiteenlopende sprekers. Denneth van der Veen, expert in digitale transformatie, schetste hoe Curaçao en de Cariben nieuwe kansen kunnen grijpen met digitale vaardigheden. Curt Belfor, directeur van de toezichthouder RAC, wees op de noodzaak van robuust bestuur. Juan Carlos Goilo, oprichter van Global Minds Network, benadrukte dat burgers zelf hun plek moeten opeisen in een wereld die steeds meer door algoritmen wordt gestuurd en Nicole Wever, specialist in vaardigheden en onderwijs, pleitte voor een herwaardering van scholing en levenslang leren.
Het meest levendig was misschien wel de sessie Open Mic: Future Voices, waarin ervaringsdeskundigen aan bod kwamen. Nevita Mezas sprak over de kansen en risico’s van remote work en digitale nomaden. Elgenie Pieternella wees op de kracht van ondernemerschap in de informele economie. Roland Ignacio, vakbondsman, herinnerde eraan dat werknemersrechten in het AI-tijdperk niet vanzelfsprekend zijn en Albert Martes, directeur van de Meteorologische Dienst en voorzitter van het Climate Change Platform, liet zien hoe AI kan bijdragen aan klimaatbewust beleid. Samen gaven zij een breedbeeld van de maatschappelijke impact: van arbeidsmarkt en ondernemerschap tot duurzaamheid en sociale bescherming.
Wat het seminar onderscheidde, was de open dialoog. Vragen uit het publiek over banen in het toerisme, over privacy en over de aanhoudende brain drain leidden tot scherpe uitwisselingen. De conclusie van panelleden: alleen als overheid, werkgevers, vakbonden en burgers samen optrekken, kan Curaçao de kansen van AI benutten zonder de risico’s uit het oog te verliezen.
Herhaaldelijk viel daarbij de blik naar buiten. Internationale richtlijnen, zoals onder meer de UNESCO-aanbeveling over de ethiek van AI werden aangehaald als ijkpunten. Door zich te spiegelen aan zulke standaarden kan Curaçao zich profileren als een kleine, maar vooruitstrevende staat die technologie gebruikt om sociale rechtvaardigheid en duurzame groei te bevorderen.
In zijn slotwoord vatte Henriquez het kernachtig samen: technologie is slechts een hulpmiddel. “De kern ligt bij de mensen zelf, hun vaardigheden en hun vermogen zich aan te passen.” Mits goed gereguleerd en breed gedragen, kan AI bijdragen aan meer welvaart en betere zorg. Maar dat vraagt wel inzet van iedereen: overheid, bedrijfsleven én samenleving. Alleen dan kan Curaçao, zo besloot hij, niet alleen leren leven met AI, maar er ook door groeien.”
